Diagnostiek
Als uw huisarts vermoedt dat u een vorm van speekselklierkanker heeft, stuurt de huisarts u voor nader onderzoek door naar een specialist (meestal een KNO-arts). Dit onderzoek bestaat doorgaans uit een gesprek, lichamelijk onderzoek en bloedonderzoek. Zo nodig vindt aanvullend onderzoek plaats in de vorm van een CT- of MRI-scan of een echo.
De KNO-arts kan u daarna doorverwijzen naar een centrum voor de behandeling van speekselklierkanker. Hier vindt meestal extra onderzoek (onder narcose) plaats, zoals een biopsie. De patholoog onderzoekt dit biopt op de aanwezigheid van kankercellen en de eigenschappen van die kankercellen.
Als alle benodigde onderzoeken zijn uitgevoerd bespreekt het multidisciplinair Hoofd-Hals team de uitslagen ervan. In dit team zitten onder andere de KNO-arts, radiotherapeut (bestralingsarts), internist-oncoloog, radioloog, mondkaakchirurg, huidarts, oncologisch verpleegkundige en plastisch chirurg. De uitslagen van de onderzoeken maken duidelijk of er echt sprake is van speekselklierkanker en – indien dit het geval is – of de ziekte is uitgezaaid naar de klieren in hals of longen. Het Hoofd-Hals team maakt tijdens deze bespreking een behandelplan en bespreekt dit vervolgens met u.